Meerjarenbegroting

Uitgangspunten

BUDGETTAIR KADER 2022-2025

Naast de hiervoor genoemde grondslagen is de meerjarenbegroting 2022 - 2025 opgesteld met inachtneming van de in de Kadernota 2022 aangegeven financiële kaders. De kaders treft u hieronder aan:

Onderwerp

Voorstel

Sluitende begroting

De gemeenteraad ziet toe op een duurzaam materieel begrotingsevenwicht. Dit houdt in dat meerjarige structurele lasten door meerjarige structurele baten worden gedekt.

Interne budgetregels

Voorstellen met structurele financiële gevolgen worden niet tussentijds, maar alleen bij de begroting, in behandeling genomen. Tussentijdse voorstellen worden alleen bij de Zomernota behandeld mits ze onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn en bovendien incidenteel van aard. Voor andere en complexe nieuwe voorstellen dient, conform de verordening financieel beheer, een apart raadsvoorstel te worden gemaakt.

Ontwikkeling financiering en (toe te rekenen) rente

De rekenrente voor de begroting 2022 vast te stellen op 1,0%.

Autonome ontwikkelingen (inwoners/woningen)

In de meerjarenbegroting wordt voor zover mogelijk rekening gehouden met autonome ontwikkelingen inwoners/woningen die uit bouwprojecten voortvloeien. De zogenoemde volume-aanpassingen. Hierbij wordt er bovendien vanuit gegaan, dat tegenover de stijging van de baten (OZB + Algemene uitkering), een stijging van de lasten staat wegens infrastructurele en sociaal maatschappelijke kosten. De budgethouders dienen dit aan te geven.

Loon-/prijscompensatie

1. De personeelsbudgetten worden vanaf 2022 jaarlijks met 1,8% geïndexeerd;
2. De prijsgevoelige budgetten worden vanaf 2022 met 1,5% verhoogd;
3. De subsidies worden vanaf 2022 met 1,5% verhoogd.

Gemeentefonds

Over de effecten van de mei/juni circulaire 2021 is nog niets bekend, de raad wordt met een separate brief geïnformeerd. Een herijking van het Gemeentefonds is in voorbereiding.

Relatie WOZ-herwaardering met OZB-tarieven

Als in het WOZ-tijdvak (1-1-2020 tot 1-1-2021) sprake is van
waardestijgingen/-dalingen, dan vindt, rekening houdend met, de beschikbare belastingcapaciteit een verrekening plaats via een evenredige verlaging/verhoging van de OZB-tarieven 2022. Hierdoor is er geen sprake van een structurele meer-/minderopbrengst m.i.v. 2022 als gevolg van de mutaties in de belastingcapaciteit. Tenzij er sprake is van areaaluitbreiding van nieuwe woningen en nieuwe niet-woningen.
Verder is het voorstel om vanaf 2022 ook de minder/meer opbrengsten te compenseren in de tarieven als gevolg van de korting op de algemene uitkering gemeentefonds. Indien de waarde van het onroerend goed in de gemeente sneller stijgt dan het landelijk gemiddelde, dan wordt de korting groter. Indien de waarde van het onroerend goed in de gemeente langzamer stijgt dan het landelijk gemiddelde, dan wordt de korting kleiner. Dit heeft ongewenste schommelingen aan de batenkant van de gemeente tot gevolg. Daarom wordt deze beleidsaanpassing voorgesteld in de kadernota 2022.

Heffingen/belastingen

1. De OZB, gewone precariobelasting, toeristenbelasting en leges worden in 2022 trendmatig met 1,6% verhoogd. Op grond van de gegevens uit de mei/juni circulaire 2021 kan dit percentage nog worden aangepast (NB: precario op netwerken is vanaf begrotingsjaar 2022 afgeschaft);
De overige inkomsten heffingen en huren worden met het gemiddelde van loonkosten en materiële kosten verhoogd (1,6%), uitgezonderd huur van woningen;
2. De parkeerbelastingen worden in 2022 op basis van hetzelfde inflatiecijfer met € 0,05 per uur verhoogd tot € 3,45 (1,6% van € 3,40 is € 0,0544 verhoging, afgerond € 0,05 per uur) (NB: Bij de Kadernota 2021 heeft de gemeenteraad bij amendement besloten om de koppeling met Zandvoort los te laten);
3. De afvalstoffenheffing, rioolheffing en grafrechten worden slechts trendmatig verhoogd indien het niveau van 100% kostendekking nog niet is bereikt;
4. De toeristenbelasting wordt in 2022 verhoogd met € 0,05 van € 3,25 naar € 3,30 p.p.n.

Investeringen

Er worden voor de periode 2022-2025 alleen investeringen in de begroting geraamd die in het betreffende begrotingsjaar tot uitvoering komen. Bij de aanlevering voor de begroting worden op basis van concrete plannen van aanpak (capaciteit, tijd en geld) voorstellen ingediend om beschikbaar stellen van kredieten voor die investeringen te bewerkstelligen.
In geval van zeer hoge urgentie kan van deze beleidslijn worden afgeweken. D.w.z. dat de gemeente of derden bij uitstel risico’s lopen waaruit mogelijk schadeclaims kunnen voortvloeien.
Zie verder hoofdstuk 4 ‘Ontwikkelingen’.

Eigendommen

De opbrengsten eigendommen (verkochte woningen) en andere activa worden toegevoegd aan de bestemmingsreserve ‘Afbouw schulden’. De opbrengsten worden gereserveerd voor het aflossen van schulden voor zover de Flexibele Algemene Reserve meer dan 3% van het begrotingstotaal bedraagt. Bij het opstellen van de jaarrekening wordt deze 3%-regel beoordeeld. Zo nodig wordt de Flexibele Algemene Reserve aangevuld vanuit de bestemmingsreserve Afbouw schulden.

Ontwikkeling schuldpositie / investeringsplafond

De schuldpositie van de gemeente blijft ook na de ontvangen middelen uit aandelenverkoop Eneco aandacht vragen. De ontwikkeling van de schuld van de gemeente wordt gevolgd met financiële kengetallen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Veel schulden worden gemaakt voor investeringen. De gemeenteraad heeft op 3 november 2016 besloten om te streven naar een bruto schuld van maximaal € 40 miljoen alsmede een solvabiliteit van tenminste 50%. Er dient een integrale afweging te worden gemaakt tussen de meerjarige investeringen enerzijds en het beoogde schuldniveau anderzijds.
De jaarrekening 2020 laat per balansdatum 31 december 2020 een stand van de langlopende geldleningen zien van € 21,5 miljoen. De korte schuldpositie bedroeg per balansdatum ca. € 3 miljoen. Ook de solvabiliteit voldoet aan de norm van de gemeenteraad. Het schuldniveau zal in 2022 mede door lopende en geplande investeringen weer toenemen.

Deze pagina is gebouwd op 11/08/2021 13:29:54 met de export van 11/08/2021 12:11:39